Margaret Simon is bijna twaalf. Ze houdt van lang haar, tonijn, de geur van regen en dingen die roze zijn. Ze is net verhuisd, van New York City naar het dorpje Farbook, en doet haar best om bij haar nieuwe vrienden Nancy, Gretchen en Janie aan te sluiten. Wanneer ze een geheime club vormen om te praten over onderwerpen als jongens, beha’s en de eerste keer ongesteld worden, is Margaret blij dat ze erbij hoort. Ze zweren dat ze elkaar alles zullen vertellen… alles. Maar sommige dingen blijken voor Margaret te spannend om te bespreken, gelukkig is er iemand anders die ze in vertrouwen kan nemen. Iemand die er altijd is om naar haar te luisteren.
Margaret is grappig en echt, en haar gedachten en gevoelens zijn o-zo-herkenbaar.
‘Een tienermeisje zijn wordt alleen maar moeilijker. Godzijdank hebben ze Judy Blume nog.’ – The Guardian